Had je me maar!
Maart 2018
Als je een meisje soms ziet lopen Met een lief gelaat en ogenpaar Je hoeft op haar heus niet te hopen Want ze roept: “Had je me maar!”
Dit liedje van Louis Davids zong begin vorige eeuw een bekende zwerver en straatmuzikant in Amsterdam. Hij kreeg de bijnaam: Had-je-me-maar.
In 1917 was het algemeen kiesrecht voor mannen ingevoerd, in 1919 gevolgd door dat voor vrouwen. Iedereen boven de 21 jaar kon gaan stemmen en was dat ook verplicht. Deze stemplicht is pas in 1970 afgeschaft. Een groep mensen, met name kunstenaars, vroeg zich af of de grote massa wel een weloverwogen politieke keuze kon maken. Ze dachten dat dan zelfs een zwerver in de gemeenteraad zou kunnen komen. De Rapaille-partij werd opgericht en ze maakten Had-je-me-maar tot lijsttrekker. In 1921, bij de verkiezingen, kwam hij en nog een andere bekende straatfiguur voor die partij in de raad. De lijsttrekker heeft nooit zitting kunnen nemen, want hij werd opgepakt voor openbare dronkenschap en naar een heropvoedingsgesticht gestuurd. Nummer 2 kwam er wel in, maar naar het schijnt is zijn enige bijdrage een vraag geweest: “Mag het raam open?” 21 maart is het zover; de gemeenteraadsverkiezingen.
Al meer dan 50 jaar stemmen we in Driemond voor de Amsterdamse raad, behoorlijk ver van onze dorpse belangen. In de tijd van Weesperkarspel was dat anders. Men kende vaak de raadsleden en ze waren direct aanspreekbaar. Het kiezen van de raad ging er in de 19e eeuw wel anders aan toe: Er mochten alleen mannen stemmen en vanaf 23 jaar. Die moesten dan minstens F18, - belasting betalen; voor die tijd een behoorlijk bedrag. In een stad voldeed vaak niet meer dan 5% van de mannen aan die voorwaarde, misschien dat het bij ons op het platteland iets hoger lag. Niet bepaald een goede afspiegeling van de bevolking! Aan het eind van de 19e eeuw komen de politieke partijen op in de hoofdstromen: socialisme, christendom, liberalisme. In de eerste helft van de 20e eeuw hadden de protestantse en katholieke partijen de meeste zetels in Weesperkarspel. Veel bewoners behoorden dan ook tot een van de kerkgenootschappen. Vanaf de jaren 60 zie je, mede door de ontkerkelijking, andere partijen opkomen. Was de Rapaillepartij van 1921 in die tijd een uitzondering, het verval van de voorheen grote partijen en de verbrokkelijking van het politiek landschap hebben geleid tot een ratjetoe van partijen op de kieslijst van de komende verkiezingen: 28! – ongekend! Naast de bekende namen als SP, VVD, GroenLinks, D66, zien we o.a. Destemvandestraat – met anti-corruptie, vrije drugs, gratis OV en Carryonthemove: de anti-scooter en gehandicaptenpartij. Het zal uw keuze straks niet vergemakkelijken en het kan de raad ook te divers maken, zodat van een goede coalitie geen sprake zal zijn. Maar dat iedereen op zijn of haar eigen manier zijn mening kan uitdragen is toch het grote goed van onze democratie….. we polderen ons er vast wel weer uit.
Ga stemmen, misschien breken we dat opkomstrecord (ruim 90%) van de laatste verkiezingen!
Tjark Keijzer