juni 2018
De noodlottige klap
Het mooie seizoen is weer begonnen. U heeft vast al wat vaker voor de brug moeten wachten, omdat er plezierboten door de sluis kwamen. Wil je hiervan genieten, is het terras van “Ome Ko” in Muiden aan te bevelen. Steeds loopt bij mooi weer de sluis vol boten. Vooral in het begin van het seizoen zijn de bemanningsleden nog niet zo op elkaar ingespeeld wat tot menig hard woord leidt. Dit tot vermaak van de toeschouwers.
Op 8 september 1730 ging het mis in het Gein volgens een oud rechterlijk archief: Trijntje Jans, huisvrouw van Joost Gijsbertsz, voer met haar melkschuitje langs een zandschuiten sloeg ene Albert – op die zandschuit – met een scheepshaak op zijn kop. Plek van het drama: voor de plaats van Gerrit Tabbert in het Gein. Daar lag de zandpont, eigendom van Hendrik de Bruijn, met staande mast. Het melkschuitje werd door een paard voortgetrokken; om de zandschuit te passeren, was Trijntje genoodzaakt de lijn in te trekken. De dreef af naar de andere kant. Met een scheepshaak gebruikte ze de zandpont om haar bootje weer naar de goede kant te trekken. Maar ze sloeg met die haak toen enige potten op de voorplecht van de zandschuit kapot. Er volgde een pittige woordenwisseling tussen Trijntje en de knecht Albert, -Zij sloeg hem met de haak op zijn kop. De gewonde Albert is naar de plaats van de heer Schaak gegaan om zijn meester en vrouw te halen. Op de terugweg viel hij door hevige bloedingen flauw, werd naar de roef van het zandschip gedragen, kwam weer bij en men probeerde de wonde te stelpen. Chirurgijn Jacobus Emaus verbond om half twaalf ’s nachts de wonde. De volgende dag werd Albert naar het gasthuijs in Weesp gebracht; heeft vervolgens op 10 september 1730 het leven met de dood verwisseld. Er kwam een medische visitatie op verzoek van schout Cornelis Schouten (officier van Weesp en Weespercarspel) De officier acht Trijntje schuldig aan “notoire manslag”, stelt strafrechtelijke vervolging in, Trijntje vlucht. Eis: ten eeuwige dage banning uit de lande van Holland en Westvriesland, zonder daar ooit weer terug te komen, op straffe van de dood; tevens verbeurd verklaring van al haar goederen. Meer komen we helaas niet te weten over de onfortuinlijke vrouw. Zoiets zal u niet gauw zien in Muiden als u er van uw drankje geniet.
Tjark Keijzer