TERUG IN DE TIJD

december 2019

Eind van het jaar, tijd van omkijken, meestal alleen naar het afgelopen jaar. Wat veranderde er zoal in ons dorp? Nieuwe mensen kwamen, oude verhuisden of ontvielen ons. De Droomzone nadert zijn voltooiing, een deel van het groot onderhoud is afgerond, er staat een volleybalnet. Ik wil verder terugkijken; zo’n 80 jaar, Kersttijd vlak voor de oorlog.

De hoge brug is niet zo lang geleden geopend. Een heel enkele auto verdwijnt over het kale talud, richting Weesp. Het schemert al als we langs de winkel van bakker Smit het dorp in lopen. Turend door het raam zien we binnen, naast kerstkransjes, nog wat laatste borstplaat en speculaas van de voorbije Sinterklaas liggen. Even verder rijst de hoge schuur van firma de Groot op met de ladders tegen de zijwand en daarnaast het fraaie, witte woonhuis. We passeren het kleine winkeltje van Gerrit jan Bleijenberg met de luiken en gaan de hoek om bij de kruidenierswinkel van Jan Meester. De bel rinkelt en de deur gaat open. Binnen zien we boven de toonbank met stopflessen snoep op de hoeken, papieren puntzakjes hangen aan een touw. Daarachter houten vakken met bonen en erwten. In de etalage hangt een sliert papieren engeltjes en een hulsttak. Naast de winkel een groot nieuw gebouw: de fietsenmakerij van Mooiweer. Aan de overkant heeft kruidenier Millenaar zijn etalage ook al in kerstsfeer gebracht. We lopen verder de Burg. Bletzstraat in en komen bij de bocht naar links bij een hek met daarachter de christelijke school “Wouter Nagel”. In korte broek, met lange kousen, maar met dikke jekkers aan spelen nog wat jongetjes op het schoolplein en het touw van de vlaggenmast slaat hard in de gure wind tegen de stok.

Op de hoek, voor de smederij van Fakkeldij, briest dampend een paard in het houten staketsel; klaar om beslagen te worden. Rechts zien we de brugwachtershuizen met de trapgevels en over de ijzeren draaibrug in de verte de torens van Weesp. We slaan linksaf en lopen langs het water van het Smalweesp, over de dubbele ophaalbrug naar de Stammerdijk. Links, langs het water, ligt allerlei ijzermateriaal en rechts, onder de dijk strekken zich de

weilanden uit. Hier boeren Proosdij, Meijer en Oostenrijk. Verderop steekt de Sluisfabriek boven de huizen uit en voert de weg tussen de fabrieksgebouwen door met benedendijks de volières en tuinen van het bedrijf. In de huizen zien we de eerste kerstbomen; de kaarsjes branden al, het engelhaar glinstert op het groen en naast de boom staat een emmer water. Het zal niet de eerste zijn die in vlammen opgaat. Het donker valt vroeg en behalve bij de fabriek en de schaarse straatlantarens is er weinig licht.

Terug in onze tijd is dat wel anders: op veel plekken is het dorp vrolijk verlicht, de straten zijn helder. We zijn in goeden doen en laten dat ook zien. Mag dat ook zo blijven!

Fijne feestdagen.

Tjark Keijzer